Wat houdt justeren in en wat is kalibreren? Wat is het verschil? Wat is een bumptest? Waarom moeten sensoren regelmatig worden gecontroleerd? 

Gassensoren verliezen in de loop van hun leven hun gevoeligheid. Afhankelijk van het werkingsprincipe is dit voor de gebruikte sensoren heel verschillend.

In onze blogpost over sensorprincipes hebben we uitgebreid en eenvoudig uitgelegd welke sensoren we in onze meetapparatuur installeren en hoe ze werken.

Gasdetectie apparatuur moet 100 % betrouwbaar zijn. Wanneer een gaslekdetector niet goed werkt, kan dit ernstige gevolgen hebben voor de gebruiker en de omgeving. Uiteraard wordt de meetapparatuur tijdens het jaarlijkse onderhoud volledig nagekeken en gecontroleerd. Maar ook tussentijds moet gaswaarschuwings-, gasdetectie- en gasmeetapparatuur regelmatig worden gecontroleerd op hun correcte werking.

Naast het onderhoud en inspectie van toebehoren, omvat de reguliere inspectie de volgende punten:

  • Functie van de bedieningselementen
  • Laadniveau van batterij of oplaadbare batterij
  • Waarden in frisse lucht (nulpunt)
  • Controle van de pomp (indien beschikbaar)
  • Controle van de aanzuigweg inclusief de filters
  • Applicatie-afhankelijke meetwaardentest

Voor de meetwaardentest en eventuele kalibratie en justering zijn verschillende testgassen en toebehoren nodig, afhankelijk van het type apparaat en toepassing.

Kalibratie – justering - bumptest

Wat is kalibratie?

De vergelijking van de weergave van het meetapparaat met een bekende testgasconcentratie (“gevoeligheidscontrole”).

Het kalibreren van een meetinstrument gaat over het vaststellen van de afwijking in vergelijking met een standaard. Het gaat om het bepalen van de afwijking van de sensoren en het evalueren of de afwijking nog binnen de limieten valt of dat bijstelling  (justering) nodig is als de waarden buiten de limieten vallen. De kalibratie wordt uitgevoerd met het meetapparaat en het juiste testgas.

Voorbeeld OLLI:

In het menupunt “Kalibratie / Instelling” kan het meetapparaat voor verschillende toepassingen worden gekalibreerd en indien nodig worden gejusteerd. Het juiste testgas kan meerdere keren op de sensoren worden aangeboden. De kalibratie kan worden uitgevoerd zonder het wachtwoord in te voeren, justering is beveiligd met een wachtwoord.

bumptest op de OLLI

Waarop moet worden gelet bij het kalibreren?

De kalibratie moet plaatsvinden in een omgeving met schone lucht, d.w.z. de lucht moet vrij zijn van koolwaterstoffen en toxische gassen. Bovendien mag er geen zuurstofarme of verrijkte atmosfeer zijn.

De te kalibreren gassen moeten eerst worden gecontroleerd en gedefinieerd zijn in de instellingen van het apparaat.

Na het selecteren van dit menupunt begint de inloopfase van de sensor. Na de sensorinloopfase verschijnen de nulpunten. Deze moeten stabiel zijn op nul of voor O2 op 20,9 vol.% en voor CO2 op 0,04 vol.%.

Bij afwijkingen kunnen de nulpunten handmatig worden ingesteld.

Regelmatige kalibratie maakt deel uit van kwaliteitsborging.

Toepassingen en testintervallen - voorbeeld OLLI

Testgas 1:
1.000 ppm CH4 methaan

Testgas 2:
2,2 Vol.% CH4 methaan

Testgas 3:
100 Vol.% CH4 methaan

Testgas 4:
4 componenten
2,2 Vol.% CH4
150 ppm CO
2,5 Vol.% CO2
15,0 Vol.% O2
Rest N2

Testgas 5:
5 componenten
2,2 Vol.% CH4
150 ppm CO
2,5 Vol.% CO2
15,0 Vol.% O2
25 ppm H2S
Rest N2

Testgas 6:
1.000 ppm C3H8 propaan

Testgas 7:
0,85 Vol.% C3H8 propaan

Testgas 8:
100 Vol.% C3H8 propaan

De tabel geeft per menupunt het advies weer van de controle-interval van kalibratie van de sensoren.  Ook wordt weergegeven welk type testgas gebruikt dient te worden. Meer informatie over de verschillende werkingsprincipes van de sensoren wordt gegeven in onze blog over sensorprincipes.

Houdbaarheid van testgas

Testgas is een essentieel onderdeel bij het kalibreren van sensoren en het doen van de bumptest bij de OLLI. Het gebruik van een verkeerde concentratie testgas of testgas wat over datum is, kan leiden tot een foutieve kalibratie.

De concentratie kalibratiegas moet vooraf in het toestel (of het kalibratiestation) geprogrammeerd worden.

Op de fles testgas staat de houdbaarheidsdatum van het gas vermeld. De houdbaarheidsdatum varieert en is afhankelijk van het soort gas. Er kunnen 2 soorten gas worden gedefinieerd: reactief en niet-reactief. Reactieve gassen zijn beperkter houdbaar. De concentratie van reactieve gassen daalt sneller dan die van niet-reactieve gassen. Niet-reactieve gassen (zoals zuurstof, methaan, koolmonoxide, isobutyleen, …) blijven veel langer stabiel.

Testgas geschikt voor bumptest

Als de houdbaarheid van het testgas is overschreden, kan er niet meer worden vertrouwd op de kalibratie van de sensor. Als een test word gedaan waarbij de gasdetector een andere hoeveelheid ppm aangeeft dan het testgas, kan het zijn dat de sensor afwijkt of de concentratie in de fles is niet meer correct.

Esders testgas

Alle Esders testgassen zijn 24 maanden houdbaar na de aangegeven vuldatum op de fles, met uitzondering van 5 componenten testgas (0,9L en 1,65L). 5 componenten testgas is 12 maanden houdbaar.

Zorg voor voldoende ventilatie van de werkomgeving bij het gebruik van testgas voor het justeren of kalibreren van het apparaat.

Wat gebeurt er als een kalibratie mislukt?

Mogelijke oorzaken hiervoor kunnen het verkeerde testgas zijn of te veel of te weinig testgas tijdens het kalibratieproces. De kalibratie kan worden herhaald met het juiste testgas. Het kan ook zijn dat de gemeten waarde gewoon buiten de grenzen valt. Dit hoeft niets te maken te hebben met een defect of verkeerd testgas. Sensoren verslijten namelijk na verloop van tijd en in het begin is dat ook geen probleem. Maar naar mate de tijd, de slijtage en daarmee de afwijking vordert, zal de sensor uiteindelijk moeten worden gejusteerd.

Het kan zijn dat het apparaat een langere inloopfase van de sensor in schone lucht nodig heeft. Een andere oorzaak kan een defecte sensor zijn, of dat het voor controle en eventueel reparatie naar de fabriek moet worden teruggestuurd.

Wat is justering?

Het instellen van het nulpunt en de gevoeligheid van het meetapparaat met bekende nul- en testgassen (“gevoeligheidsinstelling”).

Onder justeren wordt verstaan ​​het ingrijpen door gekwalificeerde specialisten bij het vaststellen van het meetgedrag van een meetinstrument. Tijdens de justering dient een afwijking in het meetgedrag te worden geëlimineerd voor zover dit voor de gewenste toepassing nodig is. In tegenstelling tot kalibratie is hier een technische ingreep nodig die de hele karakteristieke curve verandert, d.w.z. de instelling van de gevoeligheid van de sensor. Daarom wordt er in het menu van onze meetapparatuur, voordat de aanpassing wordt gedaan, altijd gevraagd of dit onherroepelijk moet worden uitgevoerd.

Voorbeeld:

  • De OLLI toont 50 ppm in zuivere lucht. Het nulpunt wordt dan tijdens de justering gereset.
  • De OLLI toont 1,6 vol.% methaan, maar we hebben testgas toegepast met 2,2 vol.% methaan. De gevoeligheid van de sensor wordt dan tijdens de justering opnieuw ingesteld.

Wat is een bump test?

Het woord bumptest kan vertaald worden als “functionele test”. De bumptest controleert of een gaswaarschuwingsapparaat goed werkt. Hierbij wordt bijvoorbeeld gecontroleerd of de gassensor reageert op het doelgas. Alarmdrempels worden getest om ervoor te zorgen dat de gevoeligheid van de sensoren van de gasdetector correct is voor gebruik.

Een bumptest is een snelle en eenvoudige functiecontrole van het meetapparaat. In het menu-item Bump Test in de OLLI wordt het meetapparaat gecontroleerd op het volgende: vrije doorstroming van de gaspaden in het meetapparaat, reactiviteit van het meetapparaat om gas te testen, intacte sensoren, alarmen (optisch, akoestisch en trilling).

Het is de bedoeling dat de meetwaarden in een bepaalde periode een bepaalde waarde bereiken.

 

Ook bij de OLLI moet er regelmatig een bumptest worden uitgevoerd, zodat de juiste weergave gewaarborgd is. Deze testen dienen met alle gassen te worden uitgevoerd. Bekijk In de video legt Martin Esders uit hoe een bumptest bij de OLLI werkt.

Wat is het verschil met de service/justering door de fabrikant en waarom is jaarlijks onderhoud belangrijk?

Om te beginnen is het voor het dagelijks veilig werken van belang dat gebruikers een groot deel van de reguliere functiecontroles zelfstandig kunnen uitvoeren. De meerwaarde van de fabrikant zit hem in de volledige kennis van het apparaat, het beschikken over gespecialiseerde software voor het kalibreren en justeren van de apparaten en het gebruik van originele onderdelen, specifiek ontworpen voor de apparaten i.c.m. de toepassing. Zo bent u gegarandeerd van een juiste werking, bij ATEX-apparaten bent u dan verzekerd van de gecertificeerde veiligheid en u behoudt de fabrieksgarantie. Als fabrikant bieden wij naast kalibratie en justering ook een volledige controle van het meetapparaat. De actuele status van het apparaat wordt zorgvuldig gecontroleerd en indien afwijkend naar de doelstatus hersteld. De controle/onderhoud omvat ook het reinigen en testen van de elektronica. De accu’s worden gecontroleerd om te zien of ze binnen de specificatie vallen en de pompprestaties worden getest. Het filter en de toebehoren worden gecontroleerd. We nemen de sensoren onder de loep en controleren of ze voldoen aan de specificatie. In individuele gevallen worden bijv. sensoren met een beperkte gegarandeerde levensduur/werking verwisseld. Als alle werkzaamheden zorgvuldig zijn uitgevoerd worden het keuringscertificaat en de keuringssticker vernieuwd.

OLLI-Service-im-Werk-Kalibrierung-Justage

Voor de snelste doorlooptijd van het onderhoud aan uw meetapparaat kunt u gebruik maken van een servicereservering.

Voorwaarde hiervoor is dat u vooraf een servicereservering inplant. Dit kan telefonisch, per e-mail of gewoon via ons serviceformulier.